Storm in de klas

Standaard
Image credit: maxime raynal

Je hebt zo van die dagen. Storm op komst, zeggen we dan. Een ochtend met wiebeligheid, kriegeligheid, irritaties en akkefietjes. En dan krijg je je groep terug na de middagpauze: de stapelwolken van de ochtend, zijn op het plein donderwolken geworden, met bliksem en regen terug in de klas…

Ik loop naar binnen en zie het al: gebarende kinderen, schreeuwende monden, hevige snikken, troostende armen en boze blikken: storm in de klas. En daar sta je dan. Handen vol klappers, nakijkwerk en kopieën, want je had natuurlijk een middag vol mooie activiteiten gepland. Maar je voelt de vijandige energie. Kinderen staan tegenover elkaar. Ze zijn intensief bezig met elkaar en zien jou niet binnen komen. Sterker nog, ze reageren niet eens op het stiltesignaal.

Dan weet ik genoeg. Mijn voorbereide les heeft nu geen zin. Hun hoofden zitten vol en hun oren dus dicht. En zonder aandachtig publiek, heeft mijn optreden weinig zin. Dus ik besluit: we nemen een emotie-time-out.

‘Jongens, luister. Iedereen gaat rustig naar zijn eigen plaats. Over een half uur pakken we het samen op, maar nu lukt dat niet. Kinderen die zich boos voelen, nemen de tijd om rustig te worden. Ga dan bij jezelf na: waarom ben ik zo boos? Wat had ik anders kunnen doen of hoe had ik anders kunnen reageren? Kinderen die verdrietig zijn, laten hun tranen even lopen. Dat is goed en het zal opluchten. Let op je diepe ademhaling en word rustig. Bedenk dan: waarom ben ik zo verdrietig? Wat zal mij dadelijk helpen om me weer fijner te voelen? Kinderen die getuige zijn geweest van het conflict: wat was jouw rol? Had je hulp kunnen halen? Had je zelf kunnen helpen? Kinderen die geen idee hebben waarover dit gaat; pak lekker een boek en duik even weg. We zijn nu allemaal stil en om half twee gaan we in de kring om het te bespreken.’

Het werkt. De rust keert terug. Het snikken wordt zachter. De gefronste wenkbrauwen verdwijnen. Er wordt dieper adem gehaald, de spanning verdwijnt en het is stil. Een half uur later schuift iedereen in de kring. We beginnen met een vraagrondje. Meedoen is niet verplicht. Iedereen maakt de volgende zin af: Ik voelde mij verdrietig / boos, omdat… Het delen van de emotie lucht op. We doen dit zonder oordeel naar de ander, omdat we allemaal het recht hebben ons te voelen zoals we ons voelen. Doordat we goed luisteren naar de eerlijke boodschap van de ander, ontstaat er begrip voor de ander en treedt (de oorzaak van) het conflict naar de achtergrond. Er wordt zelfs door enkele kinderen toegegeven dat ze eigenlijk niet eens meer weten wat er nou precies aan de hand was of waarom ze nou precies boos waren op elkaar. Dit wekt gegrinnik op; we realiseren ons hoe belachelijk groot we kleine onbelangrijke dingen kunnen maken, hoe weinig we daarmee opschieten, hoe nutteloos het is om te blijven hangen in boosheid. Samen ontspannen zijn is veel fijner. Dus sluiten we af met een kringspel, waarbij we elkaars maffe kreten en gekke bewegingen imiteren. Er wordt flink gelachen. En de zon breekt weer door.

Deze tekst is eerder gepubliceerd in tijdschrift De Nieuwe Leraar, januari 2015.