Gezocht en gevonden: mezelf!

Standaard
Image credit: Andrea Schaffer

Het is alweer ruim tien jaar geleden dat ik besloot dat het allemaal even anders moest. Twee studies achter de rug, veel te hard gewerkt, relatie op de klippen. Ik wilde alleen nog maar weg van het leven dat ik leidde. Toen ik aankondigde dat ik in mijn eentje naar Nieuw-Zeeland zou gaan om daar drie maanden te verblijven, waren de reacties verschillend. Van volledig begrip naar uiterste verbazing, van jaloezie naar spot: waarom moet je helemaal naar het andere eind van de wereld om naar jezelf op zoek te gaan?

Naar mezelf op zoek gaan? Dat was ik niet van plan. Ik wist niet eens wat er te vinden zou zijn. Ik wist wel dat ik mijzelf een béétje kwijt was. Voor zover je dat eigenlijk kunt weten. Want ben je niet altijd wie je bent? Er is toch maar één ik? Maar het liep niet in mijn leven. Het gevoel geleefd te worden in plaats van zelf de keuzes te maken die voor mij werkelijk van belang waren. En als ik daarvan af wilde, wist ik in elk geval één ding: ik wil afstand van mijn dagelijkse leven, ik wil even geen contact, ik wil rust. En dat vond ik in Nieuw-Zeeland. Ik wist niet wat ik zocht, maar ik vond er van alles. En die maanden werden de start van een enorme groei die ik de afgelopen tien jaar heb doorgemaakt en waar ik enorm dankbaar voor ben.

Afgelopen schooljaar ben ik ook als onderwijsmens weer flink gegroeid, met name in zelfvertrouwen. Als Leraar van het Jaar word je namelijk toch weer een beetje geleefd en continu gevraagd voor mooie uitdagingen. Je wordt geacht voortdurend je mening te verwoorden, actie te ondernemen, jezelf te laten zien, de stem van de beroepsgroep te laten horen en tegengas te geven. In de herfst was ik nog zoekende in hoe ik dat wilde vormgeven, of ik het kon, wat ik allemaal durfde. Nu, aan het einde van de lente, sta ik volop in bloei: wat een prachtkans heb ik gekregen. Een kans die ik met beide handen heb gepakt en aangegrepen om mezelf weer verder te ontwikkelen. Het resultaat is een rotsvast vertrouwen in mezelf en dat betekent dat ik ontzettend gelukkig ben.

Alsof ik het toch nog even allemaal wilde bewijzen aan mezelf, heb ik onvoorbereid op het podium gestaan van Inspiration Shot. Onvoorbereid. Absoluut niet des Femkes. Maar het was heerlijk.

De leerkracht als onderhandelaar

Standaard
Image credit: Aidan Jones

“Montessori onderwijs is onderhandelen, we onderhandelen de hele dag door.”

aldus een leerkracht die geciteerd wordt in het boek En nú: Montessori! van Hendriksen en Pelgrom (2013). En zo is het maar net.

Of misschien toch niet? Menig docent zal het in twijfel trekken. Hoezo, onderhandelen? Ik ben toch zeker zélf de baas in mijn klas? Ik bepaal toch zeker zélf wat er gebeurt, wat er hier geleerd wordt en hoe mijn leerlingen dat moeten doen? Begrijpelijke gedachten, met een kern van waarheid. Want ja, we zijn tenslotte officieel eindverantwoordelijk, we zullen de regie in handen moeten houden en toch moeten voorkomen dat leerlingen een loopje met ons nemen…

Maar leerlingen nemen niet zomaar een loopje met je. Misschien doen ze dat juist wel éérder als je een autoritaire en allesbepalende aanpak hebt. Waarschijnlijk doen ze het óók als je de andere kant uit slaat en een laissez-faire benadering hebt. De sleutel van goed onderwijs ligt natuurlijk in het midden: democratisch onderwijzen, in vrijheid in gebondenheid. Neem de onderwijsbehoeften en feedback van je leerlingen serieus en geef ze een stem. Neem jezelf en jouw onderwijsdoelen en – behoeften serieus en deel ze met je leerlingen. Creëer een open en eerlijke sfeer, waarin het aangeven van behoeften en grenzen normaal is. Bepaal samen wat er nodig is in de klas om tot zinvol leren te komen en laat ook kinderen elkaar aanspreken wanneer het leerproces verstoord wordt.

Hendriksen en Pelgrom spreken over het belang van gehoorzaamheid:

“In de montessoristijl is gehoorzamen in de eerste betekenis erg belangrijk, luisteren naar jezelf, luisteren naar je eigen ontwikkelingskracht.”

Dat geldt voor zowel de leerkracht als het kind. Alleen, voordat je kunt luisteren naar je eigen ontwikkelingskracht, moet je die kracht wél vinden, zien, kunnen en durven inzetten. En dat vinden kinderen – en ook volwassenen – niet altijd eenvoudig. Ze kunnen vaak direct en feilloos aangeven waar ze niet goed in zijn, maar moeten veel langer nadenken over waar ze dan wél goed in zijn. En dat dan ook nog eens hardop benoemen, is nog een volgende stap. Terwijl het zo belangrijk is. Want je talenten kennen en deze durven benoemen, is een voorwaarde voor persoonlijke groei. Het stimuleert je zelfvertrouwen en je durf om nieuwe uitdagingen aan te gaan en vormt jouw stevige basis waarop je terug kunt vallen als het even niet zo meezit.

En wat is hier onze taak als leerkracht dan? Een lichtstraal geven, zou Maria Montessori zeggen. En in dit geval zou ik zeggen: jouw licht laten schijnen op de talenten van de kinderen. Zodat ze zichzelf goed zien, in volledigheid zien en trots kunnen zijn. Dan komt dat zelfvertrouwen vanzelf. Dan komt de ontwikkelingskracht boven drijven. Dan worden ook onderwijsbehoeften helder en eigen en kunnen kinderen eigenaar worden van hun eigen leerproces.

En dat onderhandelen dan? Dat is de vrijheid in gebondenheid. Want zelfs al leren kinderen goed hun ontwikkelingskracht (her)kennen en hun ontwikkelingsbehoeften benoemen, ze zullen altijd een duidelijk onderwijskader nodig hebben dat verduidelijkt waarom leerstof in een bepaalde periode toch doorlopen moet worden (het geheel). Je zult dagelijks onderwijsdoelen moeten benoemen, waardoor benodigde kennis voor leerlingen een logische plek krijgt (de delen). En dus onderhandel je. Je gaat in gesprek. Je luistert naar het kind. En je zult zien: dan luistert het kind ook écht naar jou.